Infinitieffendre
Tegenwoordig deelwoordfendant
Voltooid deelwoordfendu

Aantonende wijs

Tegenwoordige tijd

jefends
tufends
il, elle, onfend
nousfendons
vousfendez
ils, ellesfendent

Onvoltooid verleden tijd

jefendais
tufendais
il, elle, onfendait
nousfendions
vousfendiez
ils, ellesfendaient

Verleden tijd

jefendis
tufendis
il, elle, onfendit
nousfendîmes
vousfendîtes
ils, ellesfendirent

Toekomende tijd

jefendrai
tufendras
il, elle, onfendra
nousfendrons
vousfendrez
ils, ellesfendront

Aanvoegende wijs

Tegenwoordige tijd

que jefende
que tufendes
qu'il, qu'elle, qu'onfende
que nousfendions
que vousfendiez
qu'ils, qu'ellesfendent

Onvoltooid verleden tijd

que jefendisse
que tufendisses
qu'il, qu'elle, qu'onfendît
que nousfendissions
que vousfendissiez
qu'ils, qu'ellesfendissent

Voorwaardelijke wijs

jefendrais
tufendrais
il, elle, onfendrait
nousfendrions
vousfendriez
ils, ellesfendraient

Gebiedende wijs

(tu)fends
(nous)fendons
(vous)fendez

Vertalingen

Catalaans
clivellar; esqueixar; esquerdar; estellar
Duits
spalten
Engels
to chop; to cleave; to split
Spaans
hender; rajar
Italiaans
fendere
Nederlands
klieven; splijten
Portugees
fender